You'll never walk alone, zingt meneer Towers uit volle
borst. Toen ik voor het eerst meedeed aan deze marathon, in 1996, zong hij dit
nummer ook al. En hij heeft al die jaren gelijk gehad, vandaag lopen we weer
niet alleen. Samen met mijn drie mede-pacers, Daniël, Roel en Wessel staan we
in het startvak om deelnemers naar de eindtijd van 4 uur 15 te loodsen. We
horen eerst meneer Towers zingen, dan startschot 1, vervolgens startschot 2
gevolgd door startschot 3 en dan eindelijk kunnen wij voetje voor voetje naar
voren schuiven en na het vierde startschot aan onze tocht beginnen. Er
zijn dan al 32 minuten verstreken sinds het eerste startschot en de koplopers
hebben er dus al ruim 10 km op zitten. Vreemd idee dat, als wij straks pas
16 km hebben gelopen, de eersten al finishen.
De eerste kilometers zijn lastig om als pacer een goed tempo
aan te houden, het is druk en we moeten constant opletten om niemand op de
hakken te trappen. Mij trappen ze niet op de hakken want ik heb mijn vlag. Alle
pacers lopen met een rugzakje met daarin een vlag. Die steekt schuin omhoog en
naar achteren of naar de zijkant als het een beetje waait of naar voren als hij
helemaal dwars wil doen. Het is nogal een onhandig ding en je krijgt er
schuurplekken van in je nek maar hij heeft één voordeel: als ik een rondje om
mijn as draai tik ik iedereen omver dus niemand kan al te dicht in mijn buurt
komen.
We hebben een behoorlijk grote groep achter ons aan lopen en
een handje vol zal dat netjes tot het einde blijven doen. Een enkeling versnelt
zelfs nog op het eind. Helaas zie ik de Belgische vrouw niet meer, zij was
zo zenuwachtig dat ze bij de start stond te huilen van de spanning. In de
uitslagen heb ik haar wel teruggevonden dus ze heeft gelukkig haar eerste
marathon keurig kunnen uitlopen. Daar ben ik blij om.
Het weer is echt perfect. Misschien voor sommigen zelfs iets
te warm omdat er nog niet echt in warmte getraind kon worden maar ik ben er
blij mee. Ik heb expres zelfs een shirt met lange mouwen aan gehouden met
daaroverheen een shirt met korte mouwen en natuurlijk die heerlijk warme en
schurende rugzak op mijn rug, een prima training voor deze zomer want ik hoop
dat ik dan weer een flink aantal warme ultra's zal kunnen lopen.
Na ongeveer 25 km hoor ik een bekende stem 'Goed zo!'
zeggen. Niks topper, kanjer, bikkel, held, je kunt het, kom op, je
bent er bijna of je gaat het halen. Nee, gewoon 'goed zo', en dus weet ik
dat dat niemand anders kan zijn dan Jos. In mijn ooghoeken zie ik hem en
kan nog net een groet terug roepen.
Het valt me mee hoeveel mensen er gaan wandelen, natuurlijk
zijn die er wel maar lang niet zo veel als ik had verwacht. Alleen jammer
dat ze dan midden op de weg stilhouden, daardoor is er in onze groep een
valpartij. Gelukkig zonder gevolgen. Waar ik wel om moet lachen (maar het
eigenlijk bloedirritant vind), is dat er blijkbaar heel belangrijke mensen aan
deze marathon meedoen. Zo belangrijk dat ze zelfs die paar uurtjes dat ze aan
het lopen zijn, nog niet zonder hun telefoon kunnen maar hun fanclub onderweg
moeten bellen om te vertellen waar ze zich bevinden, hoe het met ze gaat en hoe
laat ze waar en waar zullen zijn. Ik denk tenminste dat het daarover gaat maar
ik doe mijn best om het niet te horen, misschien ging het wel over heel iets
anders belangrijks. En die mensen die hun partner aan de kant van de weg
zien staan en dan pardoes naar ze toe sprinten zonder op te letten of ze
daarbij misschien iemand snijden. Alles voor dat ene kusje en een
schouderklopje. Maar tegenwoordig hoort dat er allemaal blijkbaar bij.
Zoals ik al zei, in de vorige eeuw heb ik hier ook al
gelopen. In 1996 maakte ik hier mijn debuut, in 1997, 1998 en 1999 liep ik hier
ook en daarna niet meer. Ik vond het niet leuk, veel te druk en liep nooit
lekker. Nu is het 20 jaar later en liep ik mijn 318e (ultra)marathon en
die was sneller dan die andere vier keer dat ik hier meedeed, een echt
parcours-PR voor mij. En deze keer vond ik het zelfs ook nog leuk, misschien
wordt het nog wel eens wat tussen Rotterdam en mij.
De bedoeling was dus dat ik 4.15 zou lopen en het werd
4.14.36. Ai, iets te snel dus misschien moet ik het volgend jaar dan nog maar
eens proberen.
Ja Jannet, ik weet dat je niet van de drukte en gekkigheid houdt maar dat publiek hè en die muziek onderweg (Leen Huizer mag van mij zijn mond houden) en vlaggetjes en andere dingen die ze voor de lopers uit de kast trekken (spuitende havenboten en versierde metro-ingangen). De marathon leeft in Rotterdam, waar op het rustige stuk op de Boszoom iemand met een gettoblaster gaat staan om je op te zwepen om door te zetten. Of met sinaasappels aan de kant staat zoals in Kralingen. Jij hebt die aanmoediging minder nodig maar het gros van die 1700 amateurs wel. Je hebt weer goed werk verricht als pacer want er liepen er nog flink wat achter je daar zo bij vlak voor het 35 km punt.
BeantwoordenVerwijderenGroetjes,
Dorothé
Die sinaasappel van jou was me meer dan welkom. Ik had me toch een knorrende maag! Nog dank daarvoor.
Verwijderen