In 2012 deed ik mee aan de Baltic Run etappeloop, 325 km in 5 dagen. Dat was de laatste keer dat hij gehouden werd. Jammer want ik had hem best nog een keertje willen lopen. Ik vond het een mooi parcours en de organisatie was uitstekend en zeer sympathiek. Toen ik dus de aankondiging zag van de Baltic Nonstop aarzelde ik geen moment en schreef me meteen in. Bij deze loop zouden we in Bernau starten en niet zoals toen in Berlijn. Bernau was op de helft van de eerste etappe. De laatste etappe was eruit gehaald zodat de finish in het dorp Usedom kwam te liggen. Daar zouden we dan 230 km hebben gelopen. Later werd die afstand wat langer vanwege wegwerkzaamheden. De officiële afstand werd 234,4 km.
Twee jaar geleden was het bloedheet, zo'n 35˚C. Ook nu zou
het weer warm gaan worden maar iets minder dan toen. De temperatuur zou niet verder
komen dan tot 28˚C. Nog warm genoeg. Voordeel was wel dat ik het
parcours kende en als ik eenmaal ergens geweest ben weet ik de weg daarna vaak
ook nog wel te vinden. Verdwalen en zoeken naar de route zoals ik moest bij de
Niederrhein zou me dus niet gaan gebeuren.
Op de vrijdag voor de loop vertrokken we richting Bernau.
Achteraf gezien niet zo slim. Almere-Bernau zou een rit moeten zijn van 6,5 uur
maar met het Pinksterweekend voor de boeg en omdat er in Duitsland volop aan de
weg getimmerd wordt deden we er maar liefst 10 uur over. Niet goed voor mijn
gemoedsrust. De briefing was al begonnen toen we eindelijk aankwamen en we
konden nog net de tweede helft ervan horen. Het kwam er op neer dat we de
pijlen moesten volgen, dat de linten 's nachts reflecteerden maar dat je dan
wel een lampje op je hoofd moest hebben anders zou je dat natuurlijk niet zien
en dat er elke 500 meter wel iets van een herkenningsteken zou zijn zodat je
nooit ver verkeerd zou lopen. Het was toegestaan om door een rood stoplicht te
lopen maar niet over een gesloten spoorwegovergang. Precies zoals ik het al van
plan was. Ik gooi nog wat spullen in de kratten die naar de verzorgingspunten
(VP's) zullen worden gebracht en daarna snel naar ons hotel waar ik vrijwel
regelrecht mijn bed inrolde, helemaal gaar van de reis.
Ultralopen bestaat voor een groot deel uit het jezelf voor
de gek houden. Ik zal dit weekend dus ook geen 234 km lopen want dat is veel te
ver. Ik kan het beter verdelen in kleine stukjes zoals ik altijd doe. Ik zou
er 5,5 marathons van kunnen maken maar ik ben geen marathonloopster dus dat
lijkt me niks. En als echte marathonloper moet je trouwens koolhydraten
stapelen voor de wedstrijd, zo heb ik me laten vertellen. En dat doe ik ook
nooit want als ik dat moet doen voor alle wedstrijden die ik loop ben
ik de helft van het jaar aan het stapelen. Dus zal ik van VP naar VP
lopen, net als ik bij de Spartathlon deed. Bij elke VP staat hoever het is naar
de volgende dus dat is handig. Gemiddeld zit er ongeveer 8 km tussen die VP’s
en nummer 31 is de finish.
Het begin valt allemaal best mee. Het is nog koel en we
lopen veel in de schaduw. Wel beginnen hier al de heuveltjes. Allemaal niet
schokkend maar wel heuvel op, heuvel af, heuvel op, heuvel af. En als je dat dan
maar vaak genoeg achter elkaar moet doen word je daar vanzelf moe van. Het
parcours is echt mooi vind ik. Precies waar ik van houd, daarom ben ik hier ook
weer naartoe gegaan. Rust, ruimte en natuur. Bos, kleine slaperige dorpjes,
landwegen, meren, dieren en aardige mensen. Fietsers vragen regelmatig wat
wij aan het doen zijn. Ze komen naast je fietsen en zijn heel belangstellend.
Een aantal keer leg ik dus heel geduldig uit dat ik 234 km loop, dat ik niet
slaap onderweg, gewoon eet en drink en dat ik echt niet zo heel gek ben. Er
zijn ook een man en vrouw die helemaal verbaasd zijn dat dit ook door vrouwen
gedaan wordt? Dat hadden ze echt niet gedacht maar nu ze mij zien vinden ze het
prachtig. Een paar kilometer fietsen ze met me mee en vragen me het hemd van
mijn lijf.
Bij Joachimstal (46 km) staat Jos met een ei, een pannenkoek
en water. Simpele genoegens maar zo verrekte lekker. Ik ga even zitten en we
kletsen bij. Het is al behoorlijk warm, veel warmer dan de beloofde 28 graden.
Na mijn kleine pauze gaat het weer verder via Parlow en Glambech en twee
spontaan ingerichte douches van bewoners langs het parcours. Ik maak er
dankbaar gebruik van.
Bij 66 km staat Jos weer en krijg ik weer wat lekkers en
nieuwe schoenen want mijn teen doet zeer. Weer even zitten, rusten en me
opfrissen. Ik heb net een paar kilometer door het open veld gelopen en dat was
heet! Met de nieuwe schoenen gaat het beter en ik mag nog een stuk door het
veld. Dan een viaduct over met rottige kasseien waar ze er hier veel te veel van
hebben en dan gelukkig weer een stukje bos. Bij Warnitz (80 km) staat daar Jos
voor de laatste keer. Weer een opfrissertje en afscheid want hij gaat nu door
naar ons hotel.
Als ik ongeveer 90 km heb gelopen komt de dokter naast me
rijden en zegt me dat ik er nog locker aussehe. In Nederland loop ik altijd
soepel en hier in Duitsland dus locker. Hij zegt er ook bij dat ik het rustig
aan moet doen omdat het nu nog 33 graden is. Ik zeg hem dat het nog prima
gaat en dat ik het zeker rustig aan zal doen. Hij is tevreden en rijdt verder.
Na ongeveer 95 km krijg ik op precies hetzelfde punt als 2 jaar geleden last
van krampscheuten in mijn kuiten. Ik denk aan de dokter en besluit meteen dat
ik niet verder zal lopen met deze hitte. Om te voorkomen dat ik echt kramp ga
krijgen ga ik wandelen tot het afgekoeld is, dan kunnen die kuiten ook even
herstellen. Het laatste wat ik wil is dat ik straks de strijd moet staken omdat
ik me geforceerd zou hebben. Zo gezegd, zo gedaan. Ik wandel door tot de 100
km, word daar door mijn vriend van 2 jaar geleden, Ecky, hartelijk verwelkomt,
neem een extra lange pauze om goed te eten en te drinken en wandel daarna nog
een flink stuk verder. Pas om 8 uur 's avonds begint het wat af te koelen en
dan ga ik weer lopen. Bij elke post verwelkomen ze me nu met de melding dat ik de eerste
vrouw ben. Leuk maar de weg is nog lang en niemand kan me ook vertellen hoever
de tweede vrouw achter me loopt. Ik maak me er ook niet druk om. Ik wil gewoon
finishen.
Van mijn kuiten heb ik geen last meer en ik verheug me op de
nacht maar pas na 10 uur wordt het donker. De VP's hebben nu lampjes die we van
verre al kunnen zien. Dat ziet er mooi uit. De mensen zijn blij dat er weer
eens een loper voorbij komt want het veld is flink uitgedund. Ze zien pas na 1 à
2 uur weer eens iemand langskomen dus die persoon wordt dan ook meteen flink
vertroeteld.
‘s Nachts is het nog rustiger dan overdag. Ik geniet hier
volop van, ook al zijn de wegen soms zo slecht dat ik niet eens hard durf te
lopen, bang dat ik zal struikelen. En mul zand met losse stenen loopt ook niet
lekker in het donker. Maar ik weet nog dat dat stuk niet zo heel lang duurt.
Twee jaar geleden was het hier nog zo bloedheet en nu is het heerlijk. Af en
toe hoor ik wat mensen die nog in de tuin zitten te genieten van een mooie
zomerdag. Twee glanzende bollen kijken naar me, een katje. En een compleet dorp
wordt midden in de nacht wakker geblaft als ik langs kom. De ene hond begint te
blaffen en als antwoord begint de hond van de buren ook. Daarop volgen er nog
een aantal honden. Ik moet er wel om lachen want over een uur komt de volgende
loper en dan beginnen ze weer te blaffen. Ze bewaken de huizen wel goed maar of
de bewoners er nu echt blij mee zijn dat ze om het uur wakker geblaft worden?
Bij 140 km kom ik door Viereck met weer van die rottige
kasseien. Er is een groot feest aan de gang en sommige gasten gaan al
vertrekken want het is dan inmiddels 1 uur in de nacht. Ik krijg zelfs twee
keer een lift aangeboden maar zeg dat ik liever loop. Het zijn ook niet echt
BOB's die achter het stuur zitten. VP 19 vlak voor Viereck heeft aan de
volgende VP doorgebeld dat ik eraan kom en dat ik wel zin heb in bouillon. En
dat staat keurig netjes voor me klaar als ik daar ben. Toevallig wordt deze
post bemand door Steffen, een alleraardigste man die er twee jaar geleden ook
bij was. Hij heeft zijn grote camper versierd en er gezellige fakkels bij
gezet. Ik mag plaatsnemen op een ligbed en wordt helemaal in de watten gelegd.
Het is bijna te gezellig maar na goed gegeten en gedronken te hebben vertrek ik
toch maar weer.
Veel te vroeg naar mijn zin wordt het
weer licht. De dieren en mensen worden weer wakker en de vogels beginnen weer
te fluiten. Ik zie een mol door de berm lopen. Hé, moet jij niet ondergronds
zijn? Iets verderop een hermelijntje. Ik blijf stilstaan om het te
bekijken en het beestje trekt zich helemaal niets van me aan. Ik voel me nu wel
behoorlijk moe en een beetje misselijk. Begin te kokhalzen vlak nadat ik bij VP
21 ben vertrokken. Snap er niets van, stop even en het zakt gelukkig weg. Doe weer twee stappen en voel dan ineens mijn maag krachtig
samentrekken. En hupsakee, daar gaat mijn hele maaginhoud met een grote boog de
berm in. Zo, dat lucht op!
Veel later zie ik nog een beestje maar dat is minder leuk.
Het is dan al licht en ik zie een katje midden op de weg liggen. Loop
er naartoe om te kijken of het nog leeft maar dat is helaas niet het geval. Het
beestje ziet er nog wel goed uit alleen is zijn oog volledig beschadigd. Ik til
het diertje voorzichtig op en leg het even verderop in het gras vlakbij een
huis. Hopelijk vindt de eigenaar hier zijn beestje terug. Hierna ben ik wel
even van slag want het overlijden van mijn eigen lieve kat Tobias is nog niet
zo lang geleden. Ik ga dus op een bankje zitten om even bij te komen. Voel me
plots zo moe en verdrietig. Het arme beest.
Toch moet ik verder. Gelukkig voor
mij staat een paar kilometer verderop een andere bekende van me, Jürgen. Met
hem heb ik vorig jaar bij de Barbarossa gelopen en later bemande hij
daar een verzorgingspost waar hij me weer oplapte toen het ook zo bloedheet was.
Hier wordt ik door hem weer net zo verwend als toen. Ik wordt op een stoel
gezet en krijg drinken en noodles met hausgemachte Sauce, mijn ontbijt van
vandaag. We kletsen even bij en hij vertelt me dat de tweede vrouw nog niet bij
de post hiervoor is geweest dus dat ik minstens 8 km voorsprong heb. Over een
klassement hoef ik me dus ook niet druk te maken. Ik kan het rustig aandoen en
dat is fijn om te weten want het gaat deze tweede dag weer flink warm worden en
er is maar weinig beschutting. Omdat ik geen zin heb om me te forceren om een
goede tijd te lopen (want wat is een goede tijd op dit parcours onder deze
omstandigheden?) ga ik vanaf nu bij elke post even zitten om te rusten. Mijn voeten doen nu ook behoorlijk pijn en ik voel me moe,
niet zo gek als je al een dag onderweg bent.
Nou komt dat rotstuk met die
ellendige betonplaten, weet ik nog. Soms is het geen voordeel als je weet wat
je te wachten staat. Deze betonplaten zijn allemaal gebroken en liggen schots
en scheef. In het midden een laag asfalt zodat je de scheuren en hobbels wat
minder ziet. Dan te bedenken dat dit een fietspad is. Hier wil je echt niet
fietsen. Na deze betonplaten volgt weer eens de zoveelste kasseienstrook. Maar
gelukkig kan ik hier door de berm over een zandstrookje lopen. Ook niet echt
geweldig maar het gaat. Na 28 uur en 204 km word ik met open armen ontvangen
door team Hanka, met weer iemand die er twee jaar geleden ook bij was:
Stefan, die toen 5 dagen lang in het rose meeliep (jakkie). Ik plof op een
stoel neer en krijg weer allerlei lekkers. Wordt op de foto gezet door Stefan
als ik min of meer in een stoel hang.
‘Je ziet er nog goed
uit’, zegt hij.
‘Ik geloof er niets van.’
‘Toch wel. Kijk, dit is een prachtige foto voor
op de site.’
‘Als je het maar laat!’
Hij plaatste hem toch…
Met moeite hijs ik me weer uit die
heerlijke stoel en ga verder, door Anklam waar het nog heel stil en rustig is.
Een stukje langs een drukke weg in de volle zon en dan gelukkig weer even wat
bos. Maar niet voor lang want hierna komt er weer een bloedheet stuk met soms
wat beschutting maar meestal niet.. Ik ben blij dat ik bij 218 km weer een VP
krijg en daar laat ik me weer uitgebreid verwennen. De mensen zijn blij dat er
weer een loper langs komt en doen echt alles voor me. Het vers geschilde
appeltje gaat er wel in, evenals een groot stuk watermeloen en twee bekers
water. Nog een handjevol rozijnen voor onderweg en daarna verder naar de brug
die naar het eiland voert en die ik nu al in de verte zie. Het laatste stuk
naar die brug is heet. Hier lopen we tussen de wuivende gewassen door. Gelukkig
heb ik hier een beetje wind tegen en dus een klein beetje verkoeling. Echt snel
loop ik nu niet meer. Bovenop de brug neem ik het ervan. Hier is schaduw en een
harde wind. Zo lekker. Ik neem de tijd om nog eens goed af te koelen want ik
weet ook wat er nu nog gaat komen. Die laatste 12 kilometers zijn geen pretje.
Na 228 km het Leerdammer
asfalt. Zo noemde ik het twee jaar geleden en het is nog steeds niet veranderd.
Stel je een kasseienweg voor maar leg die kasseien dan niet netjes neer maar
goed schots en scheef. Daar kwak je dan her en der een klodder asfalt bovenop
en rijdt er om het geheel nog ellendiger te maken met een tientonner overheen
zodat het allemaal goed verzakt en de weg scheef afloopt. De mensen die aan
deze weg wonen en met de auto rijden moeten volgens mij elke maand hun
schokbrekers vervangen. Als je deze weg een paar kilometer hebt gelopen kom je
op een iets beter gedeelte met nu alleen het asfalt tussen de gaten, gelukkig
zonder de kasseien. En daar zetten ze dan een bordje neer dat er Straβenschäden
is. Ondanks alles moet ik daar wel om lachen. Een paar kilometer zwik en
strompel ik erover heen, nog meer mopperend dan twee jaar geleden (en dat kon
al bijna niet).
Mijn voeten doen nu ontzettend zeer en dit is echt niet leuk. Maar
in de verte zie ik nu de kerk van Usedom. Ik ben er bijna! Nog een stukje naar
beneden en dan het dorp door. En daar staat Jos me al op tewachten. Ik stop acuut
met lopen en ga over in wandelen. Ik vind het genoeg en ik ben op. Jos wandelt
voorop en ik strompel er op mijn zere voeten achteraan. Het mag van mij nu
afgelopen zijn, ik wil mijn schoenen uitdoen en zitten. Dat lijkt me niet al te
veel gevraagd? De laatste 200 meter loop ik dan nog hard, voor de foto. En dan
mag ik door de finishboog, verwelkomt door Ecky. Erste Frau und fünfte Gesamt
in einer Zeit von 32.39.06. Ik vind het allemaal helemaal prima, laat me op een
stoel zakken en doe mijn schoenen uit. Klaar!
Een uur later ben ik
weer in staat om op mijn sokken naar de auto te strompelen en me door Jos naar
het hotel te laten rijden. ‘Ich bin stolz auf dich!’, roept Ecky me nog na. Nou
Ecky, dat ben ik zelf ook.
Op maandag bij het
ontbijt word ik omhelsd door Silke. ‘Ik heb het ook gehaald!’, zegt ze
geëmotioneerd. Wat ben ik blij voor haar want ik gun het deze lieve vrouw zo ontzettend.
Ze heeft samen met haar man, Jörg, en vele vrijwilligers hard gewerkt om deze
wedstrijd tot een geslaagd evenement te maken en om dan ook nog te trainen voor
zo’n tocht en hem uit te lopen, vind ik een geweldige prestatie.
Helaas heeft Henk
Harenberg het niet gehaald. Hij was genoodzaakt om na 160 km de strijd te
staken. Maar ik heb een donkerbruin vermoeden dat hij er een eventuele volgende
keer wel weer bij zal zijn.
Mijn schoenen heb ik tot
op heden nog niet weer aangehad. Voorlopig houd ik me even rustig. Misschien loop
ik over een paar weken een marathon maar even geen lange dingen. Pas over 2
maanden is mijnheer Gerik de eerste die me weer mag ontvangen bij een
ultraloop.
Dit was een zware tocht met vele uitvallers. Van de 55 mensen die zijn gestart op de 234,4 km haalden er slechts 23 (42%) de finish. De verdeling hierbij van de mannen en vrouwen vind ik opvallend: van de 48 mannen haalden 17 (35%) de finish en van de 7 vrouwen haalden 6 (86%) de finish. En nee, ik zal geen opmerking over het sterke geslacht maken.
Dit was een zware tocht met vele uitvallers. Van de 55 mensen die zijn gestart op de 234,4 km haalden er slechts 23 (42%) de finish. De verdeling hierbij van de mannen en vrouwen vind ik opvallend: van de 48 mannen haalden 17 (35%) de finish en van de 7 vrouwen haalden 6 (86%) de finish. En nee, ik zal geen opmerking over het sterke geslacht maken.
Mooi verslag. Lijkt me een mooie rustige loop met prima verzorging en ook wel redelijk begaanbare wegen als ik het zo lees. Op naar de volgende dan maar weer!
BeantwoordenVerwijderenEcht wel sterk dat jouw geslacht....dat je dat nog allemaal weet van waar welke ondergrond etc. Ik vergeet altijd alles van onderweg. Wel heel boeiend en vol heerlijke droge humor om te lezen. Ik vind het een ongelooflijke prestatie... volgens mij is dit toch vergelijkbaar met een Spartaklon. Niet dat dat de enige maatstaf is. Geweldig dat dit kon onder deze omstandigheden. Herstel rustig verder.
BeantwoordenVerwijderenGroetjes,
Dorothé
Wat een super prestatie Jannet!
BeantwoordenVerwijderenGE-WEL-DIG...Jannet !
BeantwoordenVerwijderenEen lang verslag mag ook wel bij zo'n lange tocht.... Leuk dat je weer even reageerde op mijn blog. Ik volg jou de laatste maanden weer wat meer. Ultralopen staat momenteel erg ver weg voor mij. De TEFR, of eigenlijk de TFFR, wat een tocht. Ik volgde destijds de TEFR ook al met bewondering. Bijvoorbeeld al die etappes door Zweden, kwam geen eind aan. En die Duitser die 'm bijna elke dag in 12/uur liep. Pfff.
BeantwoordenVerwijderenmooi verslag, van genoten. terug veel doorzettingsvermogen getoond! proficiat met je prestatie.
BeantwoordenVerwijderen